Kaapverdië, officieel de Kaapverdische Eilanden of Cabo Verde, is een eilandengroep. Ieder eiland is anders. Zoek je een afwisselende, verrassende bestemming, met ruige natuur, bijzondere accommodaties en spectaculaire mooie wandelingen? Lees dan verder!
We zijn drie weken gaan eiland hoppen op vier van de tien Kaapverdische eilanden. Denk aan heerlijk weer, zo rond de 25 graden, een lekker fris briesje en volop mogelijkheden om de cultuur en de natuur van Kaapverdië te ontdekken.
Het luxe leven op de eilanden
Zoek je zon, zee en strand en overnachtingen in een resort dan ben je op de Kaapverdische eilanden Sal, Boa Vista en Maio aan het goede adres. Zo’n 90% van de toeristen komt hier terecht. Niet bepaald back to basic. We hebben deze eilanden links (of rechts….) laten liggen.
We zijn gestart op het eiland Santiago, in de hoofdstad Praia. Santiago is een veelzijdig eiland. Heb je weinig tijd dan zou je juist Santiago kunnen bezoeken omdat je hier én naar het strand kan en én het binnenland kan ontdekken.
Slapen aan de voet van de vulkaan
Wij zijn direct doorgevlogen naar Fogo, het vulkanische eiland. Je kunt hier verblijven in de vulkaankrater. Een leuk adres is Casa Alcindo (te vinden via Airbnb en Booking.com – lees verder bij accommodaties). Je wordt opgepikt vanaf het vliegveld en na ongeveer twee uur rijden ben je in de krater. Het is indrukwekkend!
Je kunt met een gids de vulkaan op. Dit hebben we ook gedaan. Alcindo, onze gids (én de eigenaar) vertelde enthousiast over de omgeving, de verschillende planten en het leven op Fogo in de vulkaankrater. Door de verschillende uitbarstingen van de vulkaan zijn veel bewoners weggegaan.
Alcindo is vastbesloten te blijven en in deze moeilijke omstandigheden hier een goed bestaan op te bouwen. Je vertrekt ’s morgens vroeg en wandelt in een uur of 6, 7 naar boven, je geniet van het schitterende uitzicht en via de andere zijde van de vulkaan ren je door de vulkaanas naar beneden. Spectaculair! (tip: doe oude schoenen aan). Wil je meer weten over het wandelen op Fogo – lees dan verder bij Wandelen – Kaapverdië.

De accommodaties op de eilanden (buiten Sal en Boa Vista) zijn over het algemeen sober zonder al te veel voorzieningen (koude douches bijvoorbeeld) maar de mensen zijn supervriendelijk en je voelt je erg welkom. Na een aantal dagen zijn we teruggegaan naar Sao Filipe (de hoofdstad van Fogo) en daar hebben we de ferry genomen naar Brava. Je moet van tevoren kaartjes kopen in Sao Filipe, er is geen ticketkantoor (!) in het haventje.

Relaxen op Brava
Brava is het kleinste en minst toeristische eiland, ze noemen het ook wel Kaapverdië in het klein, omdat het van alles wat heeft. Hier hebben we een via Airbnb een huisje geboekt (Kaza Pikinoti) op het terrein van Nederlanders. Wil je meer weten over de verschillende accommodaties – lees dan verder bij accommodaties
Het was een beetje kamperen, maar met schitterend uitzicht over de mooiste baai van Kaapverdië ‘Faja d’Agua’. Het is er heerlijk rustig. We hebben hier heel relaxed gesnorkeld en gezwommen in een baai waar je verder helemaal alleen bent! Je kunt op Brava ook wandelen, maar er is verder niet veel te doen.
Daarna zijn we weer teruggegaan naar Fogo met de ferry en vervolgens met twee binnenlandse vluchten naar Praia en Mindelo op Sao Vincente. Sao Vincente leent zich ook goed voor een langer verblijf. Je kunt een eilandtour maken, naar het strand gaan of het nationaal park Monte Gordo bezoeken.
Naar de markt in Mindelo
Wij zijn twee dagen in Mindelo geweest, een mooie koloniale stad waar we verbleven in een leuk boetiekhotel ‘Casa Colonial’ (zie accommodaties ). De stad heeft veel verschillende markten, zoals de vismarkt aan de haven en de overdekte groente- en fruitmarkt. Je kunt er heerlijk eten, bijvoorbeeld in Casa, een hippe tent met livemuziek, waar wij genoten van de Cachupa, de Kaapverdiaanse schotel met verschillende soorten bonen, vlees en ei. Heerlijk!
Zicht op Ponta do sol Het dorpje Corvo
Ribeira de Paul, een groene oase
Vanuit Mindelo zijn we met de ferry naar Sao Antao gegaan. Dit is het mooiste eiland, wat ons betreft. Je kunt hier schitterend wandelen. We verbleven hier in een eigen huisje (via Airbnb – zie accommodaties) Petite Maison dans la Vallée de Paul.
Leuk huisje, in de vallei op ongeveer een uurtje lopen van het grotere dorp Paul. Hiervandaan ga je met een taxi of een busje naar andere plaatsen of valleien. We hebben een schitterende kustwandeling gemaakt (Cruzinha – Ponta do Sol – zie wandelingen) en vanaf de vulkaan terug de Vallée de Paul in.
Na een aantal dagen zijn we naar Porto Novo gegaan en daarvandaan naar de andere kant van het eiland, naar Tarrafal. Dit is een lange reis van zo’n vier uur, waarbij de laatste deel over een dirt road gaat met diepe kuilen en veel stof en zand, maar zeker de moeite waard. Je komt uiteindelijk in een mooie baai, met het rustige dorpje Tarrafal. Echt een heel fijne plek om de laatste dagen van je vakantie door te brengen.
De mooiste plek van Kaapverdië
We verbleven hier in Mar Tranguilidade (zie accommodaties), een heerlijke plek aan het strand, fijne mensen en lekker eten. Je bent hier echt aan het einde van de wereld, maar het is hier erg mooi. Je kunt er heerlijk aan het strand liggen, snorkelen (en schildpadden zien), wandelen en relaxen. Daarnaast is het eten heel lekker en de mensen heel vriendelijk.


Vanuit Tarrafal zijn we teruggereisd naar Porto Novo, daar de ferry genomen en vervolgens met een binnenlandse vlucht naar Praia. Hier zijn we nog een dag of twee geweest, in afwachting van onze vlucht naar huis.
De hoofdstad Praia
Praia is de grootste stad van Kaapverdië. Er zijn een aantal bezienswaardigheden en een grote overdekte markt. Wij vonden het, zeker in vergelijking met Mindelo, geen mooie of aantrekkelijke stad.

Komen wij nog eens terug in Kaapverdië?
Samengevat: Wij vinden Kaapverdië verrassend en mooi! De vlucht (ca. 300 á 400 euro) en accommodaties ( ca. 40 euro per nacht voor twee personen, soms alleen met ontbijt, soms volpension) vonden we heel betaalbaar.
We hebben vooral kosten gemaakt omdat we veel gereisd hebben en bijvoorbeeld gekozen hebben voor dure taxi’s ipv busjes. (en soms heb je geen keuze). Kaapverdië wordt ook wel Afrika light genoemd en dat is ook wel een beetje zo.
Niet alles is super geregeld, het is soms nog echt behelpen. De bevolking is vriendelijk (Morabeza is Kaapverdiaans en laat zich vertalen als vriendelijk en gastvrij) maar soms weten ze nog niet zo goed hoe ze om moeten gaan met toeristen, het is zeker geen onwil.
Wij zijn blij dat we er geweest zijn en dat we gekozen hebben om juist deze eilanden te bezoeken. Zoals je kunt lezen hebben wij in drie weken vier van de eilanden bezocht, maar wij kwamen ook reizigers tegen die bijvoorbeeld alleen naar Santo Antao en Fogo gingen of alleen naar Santo Antao en Sao Nicalau, op die manier kun je de kosten drukken en toch een hele mooie reis beleven. Wij komen zeker nog eens terug!