Op een paar uurtjes rijden van Nederland ligt de Franse Opaalkust en de Baai van de Somme. Een gebied waar we meestal langs rijden, op weg naar zuiderlijke oorden, maar waar we deze vakantie bewust naar toe rijden. Iets zuidelijker, in Normandië, zijn we al vaker geweest, maar deze streek wacht op ons om ontdekt te worden!

Wil je je misschien verdiepen in een andere wandelstreek in Frankrijk? Lees dan dit blog over wandelen in de Ecrins/Queyras. Of dit verhaal over een driedaagse trektocht in de Vanoise.

Entre Les Deux Caps

Onderweg naar de Baai van de Somme besluiten we om een korte wandelstop in te lassen. Even een frisse neus en de benen strekken. Les Deux Caps staan bekend om de witte krijtrotsen en de brede stranden.

We parkeren bij Les Escalles en wandelen naar het strand. Het is nog vloed, dus het keienstrand is niet zo breed, maar een halfuurtje verder is het al een stuk breder. Je kunt hier verschillende wandelingen maken. Wij lopen naar het Dover Patrol Monument, een obelisk waarvandaan je goed uitzicht hebt naar alle kanten. Tijdens de Eerste Wereldoorlog werden het geallieerde verkeer beschermd door de Dover Patrol.

Accommodatie

Na ons bezoekje rijden we verder naar ons huisje. We hebben, via Airbnb, een cabin gehuurd in Saint-Quentin-en-Tourmont, een gehucht vlakbij Parc du Marquenterre en het plaatsje Rue.

De cabin ligt, samen met nog 6 andere cabins, verspreid over een terrein met wat groen en vijvers. In de advertentie stond ‘middenin de natuur’, dat klopt niet echt. We zijn wel wat teleur gesteld.  Het is er wel heerlijk rustig, zeg maar stil. En de cabin zelf is prima ingericht. Een heerlijk bed, een ruime en fijne badkamer en een keuken met alles wat je nodig hebt. We missen alleen fijne stoelen om te zitten en een scherp broodmes.

Parc du Marquenterre

Na een fijne nacht gaan we op pad om de omgeving te verkennen. We rijden eerst naar Parc de Marquenterre. Dit is een vogelreservaat met meer dan 300 verschillende vogels. Het ligt tegen de Somme baai aan en bestaat uit meerdere meertjes en plassen. Maar je vindt er ook een bosgebied en graslanden. Daardoor vinden vogels dit een fijn gebied en in deze periode overwinteren er met name eenden.

Je kunt er verschillende wandelingen maken, de langste is zo’n 6,5 km lang en gaat langs 13 observatieposten. Bij sommige posten staan gidsen met een kijker, bij alle posten hangen informatiepanelen met de vogels die je kunt spotten. Al had ik het niet verwacht, er zijn best veel bezoekers, maar dat is nergens echt vervelend omdat iedereen zich toch verspreid over het park.

We zien ontzettend veel verschillende vogels, sommige wel wat ver weg, maar er is genoeg te zien. We genieten vooral van de grote groepen kluten, scholeksters en eenden. Er lopen ook meerdere ooievaars en zilverreigers. Bij het bos is een voederplek gecreëerd waar mezen en vinken op af komen. Hier zien we onder andere groenlingen en appelvinken.

de baai van de Somme

Na ons bezoek aan het park rijden we door naar Pointe du Hourdel, een klein gehuchtje met vuurtoren waar je kunt genieten van het uitzicht over de imposante Somme baai. Er zwemmen zeehondjes en op de zandbanken liggen verschillende groepen zeehonden te rusten. Een mooi gezicht.

Als het echt eb is, gaan we bij Crotoy, het wad op en genieten van het uitgestrekte gebied bij zonsondergang.

De avonturen van Jules Verne

De volgende dag is het grijs weer en er worden buien verwacht. We hebben geen zin om in de regen te wandelen dus we besluiten om naar Amiens te gaan. Dit is een grote stad op ongeveer een uur rijden van de Somme baai.

Ten oosten van de stad liggen de Hortillonnages, volkstuinen op kleine eilandjes, waar je in het seizoen tussendoor kunt varen. Het doet me denken aan Aalsmeer, met al zijn bruggetjes en slootjes.  We nemen een kijkje bij de Notre Dame, de grootste Gotische kathedraal van Frankrijk en zijn onder de indruk van de mooie glas in loodramen. Daarna gaan we naar het Jules Verne museum.\

Dit is gevestigd in het huis waar Jules Verne van 1882 tot 1900 gewoond heeft, samen met zijn vrouw. Een prachtig huis met veel informatie en bezittingen van de avonturier en schrijver. We zien verschillende boekkaften, zijn werkruimte, onderdelen van zijn schip waarmee hij op expeditie ging en posters en andere spullen van alle verfilmingen van zijn verhalen.

’s Avonds rijden we nog even naar het bos om op zoek te gaan naar de uil die we iedere nacht horen, maar die houdt zich stil. Het is echt pikdonker hier en we zien veel sterren.

Les Crocs

De volgende ochtend maken we een wandeling naar het strand. Het is een stuk van de langere route Les Crocs, van 16 km, dat via het strand om het Parc du Marquenterre loopt. Het pad is aan beide zijden afgezet met hekken, dat maakt de beleving een tikkeltje minder, maar het pad loopt wel door prachtige gebieden. We zien veel sporen van dieren, everzwijnen en herten.

Bij het strand zijn we onder de indruk. Het is enorm breed en helemaal leeg. Heerlijk, wat een rust!

We lopen naar de vloedlijn en bij het terug lopen zien we twee hertjes.  Na een lekkere warme kop thee wandelen we terug.

Middeleeuws stadje

In de middag bezoeken we Saint Valéry sur Somme, een mooie en leuke plaats aan de Somme baai. Het zonnetje schijnt en we genieten van de warmte en de mooie huizen. Omdat we nog willen gaan wandelen hebben we te weinig tijd om ook de middeleeuwse stad te bezoeken. We besluiten om de volgende dag terug te komen.

Aan het einde van de middag wandelen we het zuidelijke deel van de Les Crocs route, vanuit Crotoy. Dit pad is behoorlijk nat en glibberig. Een oversteek over het water is best lastig, want het water staat hoog. Maar het lukt!

Even later ontdekt Joost vier everzwijnen! Wat ontzettend leuk en vreemd om ze hier te zien, ze lopen over de schorren en slikken, een gebied waar ik geen everzwijnen verwacht.  Bij het teruglopen zien we ook nog een ijsvogel! Die staat al lang op ons lijstje! Helaas is ie razendsnel en kunnen we er niet lang van genieten. We wandelen terug en zijn moe maar tevreden.

Onze laatste dag!

We gaan eerst naar Saint Valéry. We parkeren de auto dit keer dichter bij de oude stad en wandelen langs mooie oude huizen, stadspoorten, een oude kerk en genieten van het uitzicht over de Somme. Wat een leuke plaats! Nu is het niet het seizoen, maar we denken dat als het warmer is er hier flink wat terrasjes, restaurantjes en leuke winkeltjes zijn om van te genieten.

Vreemde ontmoeting

We rijden nog even naar de kapel, die verderop op een heuvel ligt. Een opvallende bouwstijl met een meeuw in plaats van een haan in de top. Hier worden we verrast door een vreemde bezoeker. Door het nabijgelegen weiland komt een everzwijn aanlopen! Huh! We zijn verbaasd. Hij lijkt aan mensen gewend te zijn want gaat ze niet uit de weg. Raar gedrag voor een zwijn. We zijn op onze hoede. Andere toeristen die op een bankje zitten lopen niet weg en verrast hij met zijn snuit, die is zo sterk dat de man van het bankje valt. We gaan ‘m uit de weg. Het zwijn wel te verstaan, niet de man.

Na deze vreemde ontmoeting gaan we op huis aan. We rijden nog via het strand van Cap Griz Nez om nog even een frisse neus te halen. En dan zit het erop! Een leuke bestemming, dicht bij Nederland, waar we een paar heerlijke dagen hebben gehad.